Er zijn drie redenen waarom je beter fruit kunt eten dan drinken. En waarom fruit eten je helpt met gezond afvallen. De drie redenen op een rijtje.
1. Fruit eten geeft een vol gevoel
De eerste reden om fruit te eten, heeft te maken met verzadiging. Drink je appelsap of sinaasappelsap dan denkt je lichaam dat je ‘gewoon’ water drinkt.
Er gaat geen seintje naar je hersenen dat er iets je lichaam binnenkomt waar je spijsvertereing mee aan de slag moet. Je krijgt daardoor nauwelijks een "vol" gevoel van fruitsapjes.
En daardoor heb je snel de neiging om nog een glas te drinken of nog wat te eten. En zo krijg je bijna ongemerkt veel calorieën binnen.
Eet je vast fruit, dan moet je kauwen. Daarna komt het in je maag en darmen. Dan gaat er wél een signaal naar de hersenen dat je moet stoppen met eten, omdat het genoeg is.
2. Vezels voor de stoelgang
In fruit zitten voedingsvezels. Die zijn belangrijk voor je stoelgang, maar bijvoorbeeld ook voor het verlagen van je cholesterol.
De vezels van fruit nemen in je darmen veel vocht op en binden ondertussen het cholesterol.
Door dat binden van cholesterol daalt het cholesterolgehalte in je bloed. Met name het ongunstige LDL-cholesterol.
Bij het drinken van vruchtensap krijg je minder voedingsvezels binnen dan bij het eten van fruit.

3. Fruitsuiker is ook suiker
Veel mensen gebruiken voor een glaasje sinaasappelsap niet één sinaasappel, maar twee of drie. En daarmee komt ook de suiker van drie sinaasappels in het glaasje sap terecht.
Je drinkt dat zonder moeite op, terwijl je niet snel drie sinaasappels achter elkaar eet. Dus ook zonder dat er suiker wordt toegevoegd krijg je erg veel suiker binnen met een glaasje sinaasappelsap.